Art Deco 1: Sobere voortzetting van Art Nouveau en Jugendstil
De komende tijd zal ik aandacht besteden aan de Art Deco periode (1920-1940). Deze stijl dankt zijn naam aan de internationale tentoonstelling in 1925 in Parijs "Exposition Internationale des Arts Décoratifs et Industriels Modernes". Tijdens het interbellum van de 2 wereldoorlogen beleeft de Art Deco het hoogtepunt.
Edel Erfgoed heeft een groot aantal Art Deco items in haar collectie.

Afbeelding: Art Deco affiche van de Holland-Amerika Lijn
Art nouveau (8): Vakmanschap is meesterschap
Aan deze serie artikelen over Art Nouveau, Jugendstil en Nieuwe Kunst mag Alfons Mucha (1860-1939) niet ontbreken. Zijn sierlijke en gracieuze kunstwerken zijn een ware ode aan deze stroming. Met mijn enthousiasme over zijn werk sluit ik deze reeks artikelen af.

Afbeelding: detail gebrandschilderde ramen Alfons Mucha - St Vituskathedraal Praag
Art Nouveau (7): herleving
In de loop van de 20ste eeuw worden Art Nouveau en Jugendstilvormen herhaaldelijk toegepast in kunstuitingen. Met name in de jaren 60 en 70 (protestjaren; flower power, love en pace) bloeide deze stroming weer helemaal op. Veel modeontwerpen, afbeeldingen van affiches en platenhoezen zijn door deze stijl beïnvloed. Momenteel komt deze stijl terug in de bouwkunst en in tattoo's en tribals. Deze kunstuitingen worden aangeduid met Neo Art Nouveau of Neo Jugendstil. Ook de term Art Nouveau-stijl en Jugendstil-stijl wordt regelmatig gebruikt om aan te geven dat het om een latere periode gaat.

Afbeelding: tribal tatoo
Art Nouveau (6): Nederlandse variant
Mede door de nuchtere en ingetogen houding van de Nederlanders ontstond hier een sobere variant van deze stijl. De Nederlandse Art Nouveau/Jugendstil heeft een kort bestaan gekend (1895-1905). Binnen de Nieuwe Kunst worden 2 richtingen onderscheiden:
- Naturalistische richting
Geïnspireerd op de Belgische en Franse Art Nouveau, waarbij de natuur en groeibewegingen van belang zijn. (T.A.C. Colenbrander).
- Constructieve of rationele richting
Gebruiksfunctie is bepalend voor het uiterlijk van het voorwerp, waarbij de versiering spaarzaam is en ondergeschikt aan de vorm (C.J. van der Hoef).
Edel Erfgoed heeft een aantal artikelen van Chris van der Hoef in haar collectie.

Afbeelding: vaas met ingelegd decor van vissen Chris van der Hoef - Amstelhoek 1905
Art Nouveau (5): Verwantschap met maar niet identiek aan Jugendstil.
Naam, ideeën en vormentaal verschillen van land tot land en van kunstenaar tot kunstenaar, waardoor het geen eenduidige stijl met eenduidige kenmerken is. Bij Art Nouveau zijn de organische lijnen vloeiender en flinterdun. Bij Jugendstil is het geometrische lijnenspel, strenger, eenvoudiger en ietwat hoekiger. Jugendstil kunstenaars lieten zich eveneens inspireren door de natuur, maar de elementen werden dusdanig gestileerd, zodat planten- en/of diermotieven meestentijds niet te onderscheiden zijn. Functionaliteit prevaleerde boven schoonheid.

Afbeelding: WMF Jugendstil tinnen spiegel (geometrische Art Nouveau)
Art Nouveau (4): Wat zijn de kenmerken?
De belangrijkste overeenkomsten tussen alles wat tot Art Nouveau of Jugendstil gerekend wordt, zijn:
- vloeiende, golvende, zweepslag lijnen in plaats van rechte lijnen;
- asymmetrische vormgeving;
- veel motieven zijn ontleend aan de planten- en dierenwereld (o.a. Iris, pauw en bladeren);
- veelvuldig gebruik van de afbeelding van een vrouw/meisje met losse golvende haren;
- veelal is de invloed van tweedimensionale Japanse kunst terug te vinden;
- vooral gebruik van moderne industriële materialen zoals giet- en smeedijzer, en glas in lood.

Afbeelding Art Nouveau Metro Entrance, Parijs - ontwerp Hector Guimard
Art Nouveau (3): Wat is het verschil tussen Art Nouveau en Jugendstil?
In oorsprong niets. Deze nieuwe vorm van (toegepaste) kunst (1890-1910) manifesteerde zich in een aantal Europese landen onder verschillende benamingen. Art Nouveau (Frankrijk) en Jugendstil (Duitsland) zijn de bekendste benamingen. In Nederland werden zowel de termen Art Nouveau en Jugendstil gebruikt, maar deze stroming werd ook Nieuwe Kunst genoemd. Italië gebruikte de naam Stile Floreale, Spanje Arte Joven, België Coup de Fouet en England Modern Style. Om deze decoratieve stijl te typeren werden ook denigrerende formuleringen gehanteerd, zoals slaoliestijl, vermicellistijl en palingstijl.
Edel Erfgoed heeft een groot aantal Art Nouveau/Jugendstil artikelen in het assortiment opgenomen.
Jan Toorop 1894

Art Nouveau 2: Oorsprong
Enerzijds is de Art Nouveau (1890-1910) een reactie op de 19e eeuwse imitatiestijlen (neostijlen). Anderzijds is het een antwoord op de machinaal vervaardigde onpersoonlijke massaproductie van de industriële revolutie in het midden van de 19e eeuw. De aanhangers van deze stroming zochten naar een nieuwe originele, ambachtelijke stijl. Handwerk en ambachtelijkheid moesten in het product tot uiting komen. De Engelse ‘Arts en Crafts’-beweging vormt de basis voor de Art Nouveau. Daarnaast is de invloed van de (toen pas ontdekte) Japanse prentkunst van betekenis.

Ontwerp: Théophile-Alexandre Steinlen
Art Nouveau 1: Nieuwe Kunst 1890-1910

De komende tijd zal ik in een aantal korte artikelen aandacht besteden aan de Art Nouveau (1890-1910).
Letterlijk betekent Art Nouveau "Nieuwe Kunst". Deze stijlperiode heeft zijn oorsprong in de naam van de winkel van de Duitser Samuel Bing in Parijs "La maison de l'art nouveau". Deze stroming manifesteerde zich in vrijwel alle kunstuitingen en is ontstaan als reactie op verschillende neostijlen, zoals neorenaissance en neobarok.
Edel Erfgoed heeft een aantal Art Nouveau items in haar collectie.
Kunstvervalsingen (11): Geert Jan Jansen meester vervalser van de 20e eeuw.

Hij maakte geen reproducties. De Nederlander Geert Jan Jansen (1943 - ) schilderde eigen werk in de stijl van bekende schilders zoals Picasso, Matisse, Renoir, Appel en Monet, zonder dat experts dit in de gaten hadden. Zo goed zelfs, dat Karel Appel overtuigd was van de echtheid van een schilderij en dit alsnog signeerde. Door een typefout in een vervalst certificaat werd hij na ruim 20 jaar ontmaskerd. Zijn malafide praktijken legde hem geen windeieren. Via veilinghuizen en schimmige constructies heeft hij wereldwijd duizenden schilderijen aan veilinghuizen en particulieren verkocht.
Hoe is het toch met Geert jan Jansen?
Kunstvervalsingen (10): Website met vals Gouda keramiek

Brancheorganisaties van veilinghuizen en kunsthandelaren zijn - evenals Politie en Justitie - niet in staat om de handel in vervalste kunst te beteugelen. Omdat het om veel geld gaat, worden de falsificaties meestal niet vernietigd. Zij worden veelal opnieuw te koop aangeboden, zodat een nieuwe niets vermoedende liefhebber het slachtoffer wordt. Kennis over authenticiteit kan dit voorkomen!
Op de website Gouda Design wordt aandacht aan vervalste keramische items en signaturen besteed.
Kunstvervalsingen (9): Meester vervalser Han van Meegeren (1889-1947)

De eerste en laatste in Nederland veroordeelde kunstvervalser was de schilder Han van Meegeren. Van Meegeren vervaardigde in 1937 onder de naam van de 17de eeuwse schilder Johannes Vermeer het schilderij de Emmaüsgangers en verkocht dit voor een bedrag van een half miljoen gulden aan het Museum Boijmans van Beuningen. Ook verkocht hij voor anderhalf miljoen een valse Vermeer aan Hermann Göring. Omdat Van Meegeren na de oorlog de herkomst niet kon verklaren en het risico liep om veroordeeld te worden voor collaboratie, biechtte hij de fraude op en werd hij tot één jaar gevangenis straf veroordeeld.
Ondanks deze malafide praktijken wordt Van Meegeren tot een van de grootste Nederlandse kunstenaars gerekend. Een heel bekend werk onder eigen naam is de koperdiepdruk van "Het hertje" uit 1921. Edel Erfgoed heeft deze koperdruk in haar collectie.
Kunstvervalsingen (8): Colenbrander motief
De foto’s hebben betrekking op het werkelijke decor Druipend en het merkteken.
Kunstvervalsingen (8): Colenbrander motief
Producten van de kunstenaar Colenbrander (1841-1930) worden tot de absolute top van de Nederlandse keramiek gerekend. Mede door de toenemende belangstelling worden er veel vervalsingen aangeboden. Deze replica’s worden in China gemaakt. De falsificaties zijn aan de volgende kenmerken te herkennen:
- Alle items (verschillende vormen en motieven) zijn voorzien van het zelfde merkteken “RAM Druipend”
- In plaats van het fragiele eierschaal porselein wordt een zwaardere, grovere soort gebruikt.
- Het decor ligt op het glazuur. Dit is er op geplakt en niet, zoals bij de beschildering van eierschaalporselein, er in getrokken.
- Veelal zijn er 3 of 4 kleine ronde viltjes ter bescherming aan de onderkant (standring) aangebracht.
Dergelijke vervalsingen worden regelmatig onder de benaming “Colenbrander motief “ aangeboden en zijn in grote aantallen te bestellen voor minder dan € 100,- per item. Het mag duidelijk zijn dat deze creaties niets met Colenbrander te maken hebben!
Kunstvervalsingen (7): "Fingerspitzengefühl"

Niemand wil ten prooi vallen aan oplichters. Het leren herkennen van kunstvervalsingen begint met het opdoen van kennis en ervaring. Intuïtie is tevens een zeer belangrijke factor. Ter voorkoming van bedrog, de volgende tips:
- Raadpleeg naslagwerken (kennis stijlen, vormgeving en signaturen)
- Vergelijk erkend authentiek materiaal met een vervalsing. Replica’s zijn vaak te herkennen aan slechte afwerking.
- Doe zelf kennis en ervaring op (o.a bezoeken van musea, tentoonstellingen en beurzen).
- Raadpleeg vakkennis en ervaring van een expert of deskundige.
- (Laat) wetenschappelijke onderzoeksmethoden toepassen (bijvoorbeeld ultravioletlamp).
Kunst vervalsingen (6): uniek museum voor valse kunst

In Drenthe staat het Museums Vledder. Dit is het enige museum ter wereld, dat valse en echte kunst naast elkaar tentoonstelt. In de collectie is werk van o.a. de meester-vervalsers Han van Meegeren (authentiek en vals) en vervalsingen van Karel Appel, Mondriaan en Toorop opgenomen. Zelfs is er een imitatie van de Mona Lisa van Leonardo da Vinci en de Denker van Rodin te bewonderen. Een deskundige rondleiding door het museum is ten zeerste aan te bevelen.
Museums Vledder, Brink 1 8381 BE Vledder Tel: 0521-383352 Weer open: met ingang van 30 maart 2013
Kunstvervalsingen (5): Motieven

De beweegredenen voor vervalsingen zijn divers, te weten:
- Mystificatie of fopperij. Meestentijds betreft het een uit de hand gelopen grap of list om bijvoorbeeld experts voor schut te zetten. (Voorbeeld: vervalsing van schilderijen van Johannes Vermeer door Han van Meegeren om het gezag van de kunstkenner Abraham Bredius te ondermijnen.)
- Politieke of ideologische geschiedvervalsing (zoals de Lijkwade van Jezus in Turijn en het Hitlerbewind).
- Geldelijk gewin (onder andere valsemunterij en unica vervalsingen van glas en keramiek).
Kunstvervalsingen (4): nauwelijks prioriteit bij politie

Detectie van vervalste kunst heeft amper prioriteit bij lokale en regionale korpsen van de politie. Enerzijds ligt de oorzaak in de voorrang dat wordt gegeven aan andere opsporingstaken. Anderzijds is de benodigde kennis en expertise om te kunnen beoordelen of een object vervalst is niet aanwezig. Momenteel wordt er bij het expertisecentrum Kunst en Antiekcriminaliteit van de KLPD hard gewerkt aan het opzetten een database voor kunstdiefstal. Echter tot op heden wil dit nog niet vlotten.
Vervalsingen (3): Strafbaar?

Het vervalsen van kunstobjecten is op zich geen strafbaar feit. Ook het bezit van een ‘fake’ kunstwerk is niet illegaal. Zelfs het nabootsen van de signatuur van de kunstenaar is veelal niet onwettig. Het wordt pas strafbaar als de vervalste kunst wordt verkocht, omdat de verkoper zich schuldig maakt aan oplichting en in sommige gevallen schending van het auteursrecht. (Via de wet is bepaald dat de auteursrechthebbende tot 70 jaar na de dood van de kunstenaar het alleenrecht heeft om te bepalen hoe en wanneer het werk openbaar wordt gemaakt en verveelvoudigd.)
Vervalsingen (2): look a like en kopie

Een kopie of look a like is niet gemaakt met het doel om voor origineel en authentiek door te gaan. De maker zal geen of zijn eigen signatuur op het object plaatsen. Bij een vervalsing daarentegen is er sprake van misleiding en bedrog. Het object is opzettelijk nagemaakt om de koper/liefhebber in de waan te brengen dat het echt is en vervaardigd is door de oorspronkelijke kunstenaar. Bij een vervalsing wordt tevens de signatuur van de oorspronkelijke kunstenaar nagemaakt en op het item geplaatst.
De Jugendstil bonbonschaal met engel en duif van Conrad Kurz op de website van Edel Erfgoed is een goed voorbeeld van een look a like
Vloedgolf vals keramiek en glas

Bedrog in de schilderkunst is een bekend fenomeen. Vervalsingen van oud keramiek en glas is voor oplichters nu ook lonend. Vandaar, dat er momenteel op advertentiesites en beurzen in grote getale vervalsingen te koop worden aangeboden. De kwaliteit van deze imitaties is bijwijlen erg hoog, waardoor het - soms zelfs voor deskundigen - moeilijk is om echt van fake te onderscheiden.
Omdat Edel Erfgoed kennisoverdracht van het Nederlands erfgoed hoog in het vaandel heeft staan, zal de komende tijd in een aantal artikelen aandacht aan vervalsingen worden besteed.
Sang-de boeuf glazuur

Ossenbloed glazuur ook wel - Sang de boeuf genoemd - is een ondoorzichtige bordeaux tot bruinrode koperglazuur. Dit type glazuur is in China ontwikkeld tijdens de Kangsi periode (1662-1722). Ravelli (1944-1977) maakte ook gebruik van dit procedé .
Edel Erfgoed heeft onlangs een vaas met dit type glazuur opgenomen in haar collectie.
Keramische designer Yvonne Niessen

Het werk van Yvonne Niessen (1948 -) is geïnspireerd op de Art Deco periode uit de 20-ger jaren van de vorige eeuw.. Kenmerkend voor haar keramische ontwerpen zijn de strakke geometrische afgevlakte vormen in geheel zwart of wit. Bekend zijn de vrouwfiguren (met kind) en de beelden van dieren die zij in de jaren 80 ontwierp voor Flora Keramiek.
Edel Erfgoed heeft een aantal beelden van Yvonne Niessen in haar collectie.
Goudkoorts

Het woord sloop refereert aan vernietiging, afbraak en destructie. Het doet vermoeden dat sloopgoud nauwelijks waarde heeft. Niets is minder waar. Sloopgoud van bijvoorbeeld kapotte en oude sieraden, munten en zelfs tanden en kronen wordt gerecycled. De waarde is afhankelijk van de dagprijs van “normaal” goud op de wereld goudmarkt en deze is momenteel torenhoog. Malafide opkoopbeurzen in hotels en opkooppunten in winkelcentra schieten als paddenstoelen uit de grond. Vaak wordt men oneerlijk en unfair behandeld en ontvangt men slechts een fractie van de werkelijke waarde. Daarom wordt geadviseerd om van te voren kennis te verzamelen en met een deugdelijk bedrijf in zee te gaan.
Het filmpje op YouTube laat het omsmelten van sloopgoud zien.
Sierlijk aardewerk: de cloisonnétegel

Een cloisonnétegel is een siertegel ter decoratie aan de wand, waarbij de afbeelding wordt gescheiden door kleirandjes, waarna de verschillende vlakken van de afbeelding worden voorzien van gekleurd glazuur. De faience- en tegelfabriek Westraven en de Porceleyne Fles maakten gebruik van deze bijzondere decoratietechniek.
Edel Erfgoed heeft een aantal cloisonnétegels in haar collectie
Gehaltetekens Nederlands zilver: oudste vorm van consumentenbescherming
Om kopers te beschermen tegen fraude en oplichting en de echtheid te garanderen worden voorwerpen van edelmetalen zoals zilver en goud in Nederland al ruim 600 jaar gecontroleerd op het gehalte aan edelmetaal. Hierdoor is het de oudste vorm van consumentenbescherming, die ons land kent. De overheid heeft 2 waarborginstellingen aangewezen, die edelmetalen sieraden en voorwerpen van een keurmerk mogen voorzien.

Op grond van de Waarborgwet kent Nederland 3 geaccepteerde zilverlegeringen:
1. 1e gehalte zilver (925/000)
2. 2e gehalte zilver (835/000)
3. 3e gehalte zilver (800/000)
Het bovenstaande betekent niet dat – indien een dergelijk keur ontbreekt – het voorwerp of sieraad niet van zilver kan zijn gemaakt. Het item kan namelijk:
• In een land zijn vervaardigd waar andere keuren worden gebruikt (Duitsland, Frankrijk ed.);
• In het buitenland zijn vervaardigd waar geen waarborgen worden gehanteerd;
• een lager gehalte zilver bevatten - het zogenaamde BWG (Beneden Wettelijk Gehalte) zilver = lager dan 800.
Voorzichtigheid is dan het devies.
Edel Erfgoed heeft een groot aantal zilveren items in haar collectie. Bezichtiging op afspraak is mogelijk, omdat deze artikelen niet in de showroom worden bewaard.
Haagse zuinigheid: de automatische suikerpot

Het moest er van komen! In 1931 werd door Johannes Martinus Maria van den Broek (1896-1941) het octrooi op een suikerpot met schuifsysteem aangevraagd. In 1935 werd het octrooi verkregen voor de uitvinding van “de suikerpot waarbij een lepeltje overbodig is”. J.M.M. van den Broek was van origine koperslager (hekwerken, kroonluchters e.d.) in een fabriekje aan de Elandstraat in Den Haag. Hij bedacht een suikerdispenser waarbij een afgepaste hoeveelheid suiker – nadat een knopje wordt ingedrukt – in het kopje koffie of thee valt. Tot in de 70-er jaren werd deze suikerpot door het familiebedrijf geproduceerd.
De suikerdispenser is uitgevoerd door een aantal producenten in verschillende modellen en materialen. Onlangs heeft Edel Erfgoed een exemplaar aan haar collectie toegevoegd.
George Nilsson: toonaangevend designer voor Gero

Naast incidentele ontwerpers zoals Chris van der Hoef, Jan Eisenloeffel en Andries Dirk Copier had de Gerofabriek in Zeist ook een aantal vaste vormgevers in dienst. Een van de belangrijkste, meest toonaangevende designer was de Deen Georg Nilsson (1888-1975). De bekende Deense zilversmid Georg Jensen was een van zijn leermeesters. De invloed van deze mentor is goed terug te vinden in de ontwerpen van Georg Nilsson. Kenmerkend voor zijn werk zijn de gehamerde opvlakken. Veelal zijn de voorwerpen gedecoreerd met gestileerde diermotieven of bloemen en bladeren. Naast gebruiksvoorwerpen zoals schalen, asbakken whiskystellen en bonbonbakjes (zowel tin als verzilverd) werd een aantal bestekken door hem ontworpen.
Oorspronkelijk werkte George Nilsson in de toenmalige Gerofabriek in Kopenhagen. Na de sluiting in 1933 verhuisde hij met zijn gezin naar Zeist. Hij werkte hier tot zijn pensionering in 1954.
Veel van het werk van Georg Nilsson staat afgebeeld op de website van Edel Erfgoed.
Geheimzinnig glas

Om glas te kleuren voegde de Boheemse glasfabrikant Franz Xaver Anton Riedel omstreeks 1830 als experiment een kleine hoeveelheid uraniumdioxide toe aan de glasfabricage. Hierdoor ontstond het schitterende geel en groene Uraniumglas ook wel Annagroenglas of Vaselineglas genoemd.
Franz Riedel vernoemde dit glas naar zijn dochter Anna Maria Riedel, die in 1840 met haar neef Josef Riedel - en opvolger van het glasimperium – trouwde. In Amerika werd dit glas op de markt gebracht als Vaselineglas, omdat een potje vaseline net zo fluoresceert als Uraniumglas.
In de tijd dat men het uraniumglas maakte, was men niet op de hoogte van het feit dat het radioactief was. Men beschouwde het uranium toen alleen als kleurstof. In Nederland maakten glaskunstenaars als Copier, Berlage en Lanooy veelvuldig gebruik van deze techniek. Vlak voor de Tweede Wereldoorlog werd de productie in verband met deze vermeende radioactiviteit in Nederland verboden. Meestal zit er weinig uranium in dit type glas. Het glas licht op onder een UV-lamp en met een geigerteller kan de straling worden meten. Over het algemeen is de straling verwaarloosbaar en is dit type glas onschadelijk.
Ter illustratie staat op de website van Edel Erfgoed een waterstel van A.D Copier afgebeeld.
Wat is tinpest?
Tin kan “ziek” worden. In het tinnen voorwerp ontstaan dan donkere plekken met blaasjes en oneffenheden. Het object is dan aangetast met tinpest en dit is niet meer te redden. Tinpest ontstaat bij een temperatuur onder de 13,2 graden Celsius, Bij lagere temperaturen verloopt dit proces sneller. Indien er eenmaal een plekje is ontstaan, dan zal dit zichzelf uitbreiden en het gehele object uiteindelijk aantasten.
Zie voor nadere informatie bijgaand filmpje op YouTube
Crisisaardewerk of experimenteel aardewerk?

Aardewerk dat voorzien is van stroom-, sprits- en/of spuitglazuur (niet handbeschilderd) uit het begin van de vorige eeuw wordt veelal crisisaardewerk genoemd. De vraag is: Is deze benaming terecht? De term crisisaardewerk heeft geen betrekking op het aardewerk of het glazuur, maar het verwijst naar de jaren 30 van de vorige eeuw. Met deze aanduiding wordt een verband gelegd met de periode van moeilijke economische omstandigheden, waarin aardewerkfabrieken probeerden te overleven en waardoor het noodzakelijk was om goedkope decoratiemethoden zonder “dure” plateelschilders toe te passen. Onderzoek laat echter zien, dat deze nieuwe glazuurtrend in de keramische kunst eerder ontstond. Vanaf 1926 werd men reeds gecharmeerd door deze nieuwe rage, waarbij tevens gebruik wordt gemaakt van oerkleuren uit de natuur zoals vlammend rood (vuur), groenblauw (water), felblauw (hemel) en bruin (aarde). Gezien het proefondervindelijke karakter van deze nieuwe keramische stijl is de benaming experimenteel aardewerk daarom meer op zijn plaats.
Op de website van Edel Erfgoed staat een aantal voorbeelden van experimenteel aardewerk.
Inschrijving Oranjevaasje 75ste Verjaardag Koningin Beatrix

Op 31 januari 2013 viert Hare Majesteit Koningin Beatrix haar 75e verjaardag. Voor Royal Leerdam Crystal reden om ter gelegenheid van dit feestelijke moment een nieuw Oranjevaasje uit te brengen. Royal Leerdam Crystal gaat voor de derde keer een Beatrixvaasje maken. In 1938 ontwierp Andries Copier ter gelegenheid van de geboorte van prinses Beatrix het oranje-geboortevaasje. Het 25 jaar Beatrixvaasje, een ontwerp van Jelena Popadic, werd uitgebracht naar aanleiding van 25 regeringsjaren van Koningin Beatrix in 2005. Al sinds 1927 brengt Royal Leerdam Crystal geheel volgens traditie de beroemde Oranjevaasje uit bij belangrijke gebeurtenissen binnen de Koninklijke familie. De Oranjevaasjes worden in de eeuwenoude Leerdamse Kristalfabriek handgevormd en mondgeblazen van Cristal Superieur, het meest zuivere kristal van Europa.
U kunt zich voor het nieuwe Oranjevaasje inschrijven via info@royalleerdamcrystal.nl zodat u op de hoogte wordt gehouden over het nieuwe Oranjevaasje en het verkoopmoment in de Kristalwinkel.
Oranjevaasjes – een Koninklijke traditie

De Oranjevaasjes worden door Royal Leerdam Crystal ontworpen ter gelegenheid van feestelijke gelegenheden rond de Koninklijke familie (geboorte, huwelijk ed.). Deze traditie ontstond in 1927. Ter gelegenheid van de achttiende verjaardag van HKH prinses Juliana ontwierp de kunstenaar Chris Lanooy een gelegenheidsvaasje van glas met de warme kleur oranje. Dit vaasje werd door verschillende Oranjevaasjes opgevolgd. Allen ontworpen door bekende kunstenaars zoals o.a. Copier, Meydam en Van der Vaart, uitgevoerd in de kleur oranje en uitgebracht in een gelimiteerde oplage. Het laatst uitgebrachte vaasje dateert uit 2009 en is ontworpen door Siem van der Marel ter gelegenheid van het 100ste geboortejaar van HKH prinses Juliana.
Edel Erfgoed heeft een aantal oranjevaasjes in haar collectie.
Ravelli 1943-1977 - Esthetisch, eigentijds, kunstzinnig aardewerk

De samenwerking tussen de broers Dick en Jaap Ravelli dateert van 1943. De eerste jaren van het bestaan van het bedrijf D. Ravelli & CO, Sierkunst Atelier in Leiden waren door de moeilijke omstandigheden van de oorlog niet erg succesvol. Mede door de groeiende welvaart tijdens de naoorlogse periode van “Wederopbouw” keerden de kansen. Na de verhuizing in 1947 naar Valkenburg ZH kwam de heden ten dage internationaal bekende Potterie Ravelli tot bloei.
De nadruk kwam te liggen op de betere bloemisterijproducten en geschenkartikelen, vaak verpakt in houten kistjes. De artikelen zijn gemakkelijk herkenbaar door de exotische modernistische stijl en zijn meestentijds ongeglazuurd. Vooral de grappige “zwart-witte” beeldjes van dier- en mensfiguren getuigen van het zeer vernieuwende karakter en originaliteit van de kunstenaar Jaap Ravelli.
Jammer genoeg kwam er als gevolg van de concurrentie uit het buitenland een eind aan dit succes en moest de Potterie in 1977 zijn deuren sluiten. Momenteel worden items van Ravelli wereldwijd door veel bewonderaars verzameld.
Op de website van Edel Erfgoed staat een groot aantal items afgebeeld.
Djokja zilver; herinneringen aan een koloniaal verleden

Djokja zilver is genoemd naar de culturele hoofdstad van Java en een provincie van Indonesië Djokjakarta (moderne spelling Yogyakarta). Hier waren veel zilversmeden werkzaam, die voornamelijk in de periode tussen 1930 en 1970 zilverwerk met de hand voor de (Indo-) Europese gemeenschap maakten. Djokja zilver is enerzijds herkenbaar aan de karakteristieke van binnenuit gehamerde motieven zoals de Lotusbloem, pauw en Wanjang-figuur. Anderzijds onderscheiden de zilverwerken zich doordat gedeelten van de motieven gezwart zijn. Omdat Djokja zilver een lager zilvergehalte heeft (meestentijds 800) dan Nederlands gekeurde zilverwerken (835 en 925) mocht Djokja zilver lange tijd geen zilver genoemd worden. Mede hierdoor en door de uitbundige en overvloedige bewerking was Djokja zilver in het verleden niet erg gewild in Nederland. Echter momenteel zijn Djokja zilveren objecten en bestekdelen populaire verzamelitems. Een bekend verzamelaar was ZKH Prins Bernhard. Heden ten dage worden er in opdracht nog steeds Djokja zilveren voorwerpen gemaakt.
Bij Edel Erfgoed kun je Djokja zilveren voorwerpen bekijken. Maak wel een afspraak, want deze items worden niet in de showroom bewaard.
Oeroude historie van het sieraad

Een sieraad is een object, dat op het lichaam wordt gedragen met de bedoeling om dit te verfraaien. Met het begrip juweel wordt een sierraad bedoeld dat is gemaakt van edelmetalen (zoals goud en zilver) en dat voorzien is van edelstenen. Sieraden en juwelen hebben geen functioneel karakter.
Sieraden zijn zo oud als de mens. Vroeger hadden sieraden wel een functie, bijvoorbeeld om kleren samen te houden. Een sieraad werd toentertijd gemaakt van materialen zoals beenderen, tanden, schelpen, hout en steen. In de Oertijd had een sieraad naast een duidelijke functie ook het doel om de sociale status van de persoon te benadrukken. In sommige culturen werd de persoon - na overlijden - tezamen met de sieraden en siervoorwerpen begraven.
De allereerste gouden sieraden zijn gevonden in het gebied tussen Tigris en Eufraat in het zuiden van het huidige Iran en dateren uit de periode van 3000 voor Christus. Echter, de vermoedelijk oudste sieraden ter wereld zijn circa 77 duizend jaar oud. Deze schelpkralen zijn ontdekt in een grot in Zuid-Afrika.
Sinds kort heeft Edel Erfgoed een beperkte collectie sieraden in het assortiment. Bezichtiging op afspraak is mogelijk, omdat deze niet in de showroom worden bewaard.
Wat is plateel?

In de volksmond wordt al het Nederlands poreuze aardewerk uit de periode 1900-1930 meestentijds uit Gouda (al dan niet beschilderd en met een laagje glazuur) plateel genoemd. Deze omschrijving is niet helemaal correct.
In beginsel wordt het woord plateel gebruikt voor gedecoreerd bord, vaas of schaal. Het woord plateel is afgeleid van het Oud-Franse woord platel, dat platte schotel betekent.
Plateel is een soort aardewerk dat lijkt op porselein. Men trachtte hiermee het Chinese met de hand geschilderde porselein te imiteren. Om onderscheid aan te kunnen brengen tussen Chinees porselein en Hollands aardewerk gebruikt men sinds de zeventiende eeuw de benaming plateel voor de Hollandse producten. Aardewerk en porselein zijn beide keramische materialen. Aardewerk wordt uit grovere kleisoorten vervaardigd, bij een lagere temperatuur gebakken en is daardoor zachter, poreus en minder duurzaam dan porselein.
Een betere beschrijving voor plateel luidt als volgt:
Plateel is een soort keramiek (aardewerk), waarvan het decor of motief met de hand door de plateelschilder op het plateel (vaas, bord, sculptuur etc.) wordt geschilderd voordat dit voor de tweede keer wordt gebakken en van een laagje glazuur wordt voorzien.
Het voorgaande betekent dat het crisisaardewerk (experimenteel aardewerk) dat rond 1930 werd voorzien van stroom, sprits en spuit glazuren dus niet tot plateel wordt gerekend. Er wordt nog steeds Nederlands plateel sieraardewerk en gebruiksvoorwerpen gemaakt. Plateelbakkerij Schoonhoven en De Candelaer in Delft houden zich nog bezig met het vervaardigen van deze items.
Edel Erfgoed heeft meerdere platelen producten opgenomen in haar assortiment.
De Amsterdamse School verandert het aanzien van Nederland

De Amsterdamse School - ook wel baksteen architectuur genoemd - is een reactie op het sobere, zwaarmoedige rationalisme van de Nieuwe Kunst (o.a. Berlage). Deze stroming (circa 1910-1935) wordt gekenmerkt door uitbundige, expressionistische vormgeving. Aanvankelijk is de Amsterdamse School een stroming binnen de architectuur. (Kenmerken: o.a. sculpturale gevels, ronde hoeken en gebruik van veel baksteen). Bekende gebouwen zoals museum Het Schip in Amsterdam van Michel de Klerk en de Bijenkorf in Den Haag van Piet Kramer zijn hier voorbeelden van. Hoewel deze stijl vooral in Amsterdam toegepast werd, verspreidde deze zich door geheel Nederland. Deze decoratieve bouwstijl had sterke binding met de sociale woningbouw in Nederland (Woningwet). Het was bestemd voor de gewone man. Vooral de sociale woningbouwverenigingen waren van mening dat arbeiders in contact moesten komen met kunst en cultuur. Socialistische architecten gaven invulling aan deze zienswijze. Zij streefden er naar om “arbeiderspaleizen” te bouwen, waarbij een gebouw als totaalkunstwerk werd ontworpen en interieur en exterieur een geheel vormden. Deze stijl vond hierdoor ook zijn weerslag in andere objecten zoals meubilair, grafische ontwerpen en gebruiksvoorwerpen. Getracht werd om de verschillende kunsten samen te laten smelten. Hildo Krop ontwierp in deze periode meubelen voor ’t Woonhuys. De symbolische en de socialistisch bewogen litho's van Jan Toorop zijn hier tevens een voorbeeld van.
Gero en Plazuid

Eind 20-ger jaren van de vorige eeuw verslechterde wereldwijd de economische situatie. Het waren barre tijden voor veel Nederlandse fabrieken op het gebied van de toegepaste kunst. Zo ook voor de Plateelbakkerij Zuid-Holland (Plazuid) en de Gerofabriek (Gero-tin). Een personeelsstaking bij de Plateelbakkerij Zuid-Holland kostte deze fabriek veel klanten, waardoor nieuwe mogelijkheden en goedkopere productiemanieren moesten worden gezocht. Ook de Gerofabriek had het zwaar tijdens deze recessie. Uiteindelijk heeft dit geleid tot een kort samenwerkingsverband tussen deze befaamde fabrieken. Wie van de twee het initiatief heeft genomen is niet bekend, maar vast staat dat in de periode 1930-1933 een beperkt aantal Gouds keramische vazen, schalen en serviesdelen voorzien werd van een Gero tinnen montuur. Het keramiek is overwegend monochroom geglazuurd. Er komen vijf verschillende kleuren voor: egaal oranje, blauw, zwart, zandkleur en wit. Grote kunstenaars - die aan dit experiment hebben meegewerkt - zijn onder andere Chris van der Hoef, Leen Muller, Jaap Gidding, Cornelis de Lorm, Fons Decker en Rinze Hamstra. Jammer genoeg bracht deze bijzondere samenwerking niet het gehoopte commercieel succes en werd de productie in 1933 stopgezet.
Een aantal van deze producten staat momenteel tentoongesteld in het Stedelijk Museum in Gouda, maar de meeste exemplaren bevinden zich in particuliere verzamelingen.
Zilveren of gouden odeurflesjes
Zilveren of gouden odeurflesjes, reuk(water)flacons of parfumflesjes komen vanaf 1860 in Nederland in de mode. Deze glazen flesje met voornamelijk zilveren montuur werden in de 2e helft van de 19 eeuw vooral in Schoonhoven vervaardigd. Toch zijn er Nederlandse exemplaren getraceerd, die voor deze tijd dateren, maar deze zijn erg zeldzaam. Een van de eerste exemplaren dateert vermoedelijk van omstreeks 1600. Momenteel worden deze oude Nederlands zilveren en gouden flacons door een groot aantal mensen verzameld.